Ik droom van een open en eerlijk internet. Een internet waar gebruikers niet alleen maar passief klikvee zijn, maar waar het sprankelt van eigen, soms vreemde, soms geweldige, soms ietwat twijfelachtige, maar in ieder geval originele uitingen. Ik volg mensen die diezelfde droom hebben, probeer me er waar mogelijk sterk voor te maken, het evangelie uit te dragen, daar, laten we zeggen, af en toe welgemeend moeilijk over te doen, als het ware.
Af en toe twijfel ik echter een beetje aan de haalbaarheid.
Ik lees dan bij Ruben een post waarin hij, tegen het einde, zijn zorgen uit:
Doc suggests we get around this by building tools for individuals, and services that leverage those tools. That would be a start, but I worry that we face an uphill battle not just due to the network effect, but because we’d be pushing against billions of dollars in an economy that treats minds like an amorphous sea to be pumped by oil rigs.
Dat is inderdaad een enorm groot probleem. Niet een uitdaging, een probleem.
We kunnen — "we" als in de gehele goegemeente van techneuten, enthousiastelingen en web-optimisten— de meest prachtige dingen bouwen. We kunnen ons stinkende best doen om de rest van de wereld te overtuigen van de pracht en waarde van de vrijheden waar we aan en voor werken. We kunnen het goede voorbeeld geven tot we een ons wegen.
Maar ten eerste moet die te redden massa dat wel zien zitten, en de moeite willen steken in het verlaten van de tot dan toe veilige haven die ze bij de Twitters en Facebooks hebben. En ten tweede... Die strijd is inderdaad tegen een bijzonder goed gefinancierde groep bedrijven die er alle belang bij hebben dat het web steeds minder open en steeds meer een aandachtsfuik wordt.
Een browser is een onmisbaar onderdeel van het web, en hoewel er met Firefox nog een alternatief is, heeft Chrome wel een merendeel van de markt in handen. Google zal binnenkort wijzigingen in de mogelijkheden van plugins doorvoeren die de mogelijkheden van ad-blockers behoorlijk indammen — uit naam van privacy en veiligheid, godbetert. De browser wars, opnieuw, maar nu met als grootste speler niet een partij die de browser zag als gateway naar hun desktop-platform, maar eentje die van die fout geleerd en geprofiteerd heeft en de werkelijke waarde van de browser snapt.
Af en toe bekruipt me het gevoel, dat het vechten tegen de bierkaai is. Niet dat ik daar aan wil toegeven, ik blijf dingen uitproberen, knutselen, en de blijde boodschap van een open en vrij internet uitdragen, omdat ik dat waardevol, en voor de toekomst belangrijk vindt.
Maar het moet af en toe wel uit de tenen komen.